Hoe elkaar vast te houden, juist nu
Eindelijk was het dan zo ver. In één van de laatste inmiddels even beruchte als befaamde persconferenties waarin maatregelen worden verscherpt dan wel versoepeld, werd door Mark Rutte melding gemaakt van de mentale en psychologische consequenties die het Corona-virus en de maatregelen met zich meebrengen. Ook is er inmiddels een groep kritische artsen die een stichting heeft opgericht omdat ze bezorgd zijn over de gevolgen op de lange termijn, op de mentale gezondheid van de mens. Een tendens die ik in mijn coachingspraktijk al langer bespeur.
Want stel je maar eens voor, je mag als 80-jarige vrouw niet meer je man bezoeken, je man waarmee je 60 jaar lief en leed gedeeld hebt, omdat het verzorgingstehuis je niet meer naar binnen mag laten. Of je hebt je hele leven bloed, zweet en tranen in je onderneming gestopt waarvan de deuren nu al maanden hermetisch gesloten moeten blijven. Je bent net afgestudeerd en zoekt een baan in de huidige arbeidsmarkt. En moet je je ondertussen zorgen maken over de huurkosten van je kamer en of je die de volgende maand nog wel betalen kunt. Of je hebt wel een baan maar mag er niet naartoe en ziet of spreekt verder eigenlijk ook niet zoveel andere mensen. En voelt je best eenzaam. Je zit met je gezin fysiek op elkaars lip, maar merkt dat je je emotioneel gezien nog nooit zo niet-verbonden met ze gevoeld hebt. Je bent een kind uit een kwetsbare omgeving die zich iedere dag zorgen moet maken om zijn veiligheid, en kunt niet meer naar school. Let wel, ik wil hiermee geenszins een oordeel vellen over hoe er inhoudelijk met het virus wordt omgegaan. Dat laat ik liever aan de echte experts over, daarvoor begrijp ik te weinig van wat er gaande is, daarvoor volg ik te weinig het nieuws (aangezien in Bregmans briljante ‘De meeste mensen deugen’ bewezen wordt dat het (volgen van) nieuws onze blik op de wereld vertroebelt, en ons per definitie ongelukkiger maakt).
Wel maak ik me zorgen over wat dit met de mens doet. Ik kan me nog als de dag van gisteren herinneren hoe eenzaam ik me voelde toen ik besloot te stoppen met mijn werk bij Accenture, en een boek ging schrijven. En dat was mijn eigen keuze, nu worden mensen gedwongen. De gevolgen daarvan zie ik letterlijk dagelijks voorbijkomen in mijn coachingspraktijk. De (intelligente) lockdown tijdens de corona-crisis is een voorbeeld van een situatie waarbij er kans is op traumatische ervaringen. Er is onzekerheid, onvoorspelbaarheid, de dagelijkse structuur vervalt, het tijdsbesef verdwijnt, er is neiging tot verstarring, weinig (tot geen) aanraking, weinig beweegruimte, de eigen zeggenschap verdwijnt door restricties van bovenaf en mensen voelen zich gevangen in hun eigen huis.* Traumadeskundige Bessel van der Kolk biedt enkele suggesties die ik van harte onderschrijf:
- Structuur: geef de dag structuur. In mijn coachingsgesprekken is het al te vaak benoemen van structuur altijd aanleiding om op zoek te gaan naar angst omdat een teveel van structuur op een overmatige controlebehoefte kan wijzen. Maar structuur geeft ook een gevoel van regie. Ook in de huidige situatie kun je ervoor zorgen dat er een structuur is die houvast biedt. Zo probeer ik zelf iedere dag minstens 10.000 stappen te zetten (wat door de aard van mijn werkzaamheden trouwens geen al te groot probleem is). Reserveer ik overdag ruimte om tot mezelf te kunnen komen door ademhalingsoefeningen te doen, te mediteren en te lezen. Ga ik tussen de middag vrijwel altijd wandelen of hardlopen, momenten waarop de creativiteit (schijnbaar) uit het niets begint te stromen. En als ik dan eenmaal thuis ben, dan stopt het werk ook, en ben ik thuis.
- Tijdsbesef: volgens van der Kolk is er in een traumatische staat een tijdloze status van hulpeloosheid. Organiseer je dag, is zijn boodschap, maak een dagagenda. En maak daarin ook ruimte voor activiteiten die andere gebieden dan je werk ten goede komen, zoals de was doen, of die lunchwandeling maken. Maak het praktisch en je zult zien dat het werkt, en dat je die indeling een week verder al niet meer nodig hebt omdat 'ie verankerd is in je doen en laten.
- Voorspelbaarheid: als er veel onvoorspelbaarheid is in de buitenwereld, is het raadzaam de wereld waarop je nog wel invloed hebt, zoals thuis, op je werk, en je sociale leven, zo voorspelbaar mogelijk te maken. De eerder genoemde structuur en het tijdsbesef dragen hieraan bij. Het handhaven van vaste rituelen of, als die niet meer mogelijk of wenselijk zijn, het initiëren van nieuwe rituelen doen dat ook. Samen ontbijten omdat je toch niet meer naar je werk hoeft. Als gezin de kinderen naar school brengen. Meetings zoveel als mogelijk wandelend en buiten doen, omdat de natuur helend werkt.
- Eigen ruimte hebben en die ruimte mentaal vergroten. Zowel letterlijk als figuurlijk. Letterlijk in de zin dat je het gevoel kunt hebben opgesloten te zitten en geen kant uit te kunnen. Figuurlijk in de zin dat je zou kunnen proberen je zelfcontrole of autonomie te vergroten. Zit je bijvoorbeeld met het hele gezin op elkaars lip? Spreek een plek af waar niemand je het komende uur stoort, waar je je kunt terugtrekken. Je kunt daarnaast ook je fantasie en creativiteit gebruiken om je ruimte te vergroten. Zoals Edith Eger en Viktor Frankl deden in hun monumentale boeken 'De keuze' en 'De zin van het bestaan'. Beiden zijn Auschwitz-overlevenden die hun ruimte aldaar mentaal hebben vergroot door in het concentratiekamp in haar fantasie steeds maar weer te dansen in de opera van Boedapest (Eger), en door zijn vermaarde logotherapie te ontwikkelen (Frankl). Eén ding konden de Duitsers niet van hen afpakken, en dat waren hun gedachten. Corona overkomt jou en je naasten, daar kun je niks aan doen. Maar hoe je je ertoe verhoudt, daar zit meer ruimte dan je zou denken.
- In verbinding zijn. Uit vele onderzoeken is gebleken dat de kalme aanwezigheid van een ander ervoor zorgt dat het stressniveau daalt. Als Fenna of Indy 's nachts bij ons in bed mag, zijn de nachtmerries zo weer vergeten. Als volwassenen bang zijn, is dat niet anders. Ik zal nooit de brandweerman vergeten die naast me kwam zitten en z'n hand op m'n arm legde toen m'n moeder net was overleden. Als we elkaar niet meer mogen aanraken zoals tijdens de Corona-crisis, dan is het van belang om andere zintuiglijke mogelijkheden tot contact te zoeken. Meer appen, met elkaar bellen, Zoom-borrels organiseren, online pubquizzen, gedichten met elkaar delen, samen op afstand Netflix kijken.
- In beweging komen. In het stadium waarin trauma op de loer ligt, heb je de neiging om te verstarren en niet meer in beweging te komen. Bewegen helpt (ook hierbij), elke beweging is goed. Wandelen, hardlopen, tennis (wat ik zelf weer nieuw leven heb ingeblazen, wat (op dit moment) gewoon mag), dansen, yoga, en ga zo maar door.
Een crisis duurt altijd langer dan je denkt en de nasleep kan eindeloos voelen. Het is een proces waarin het woord verduren dat ik vaak gebruik als ik in gesprek ben met cliënten, de boventoon voert. Je hebt te verduren dat het onzeker, ongemakkelijk en pijnlijk is, veel langer dan je vooraf of in het begin inschatte. Verduren: het duurt en het duurt en het duurt, er lijkt geen einde aan te komen, vaak in combinatie met afzien en lijden. Zorg goed voor jezelf en je naasten, juist nu. Met de kerstdagen en oud & nieuw voor de deur.
Ondanks alles fijne feestdagen toegewenst, en een gelukkig nieuwjaar. Dat het je maar mag brengen wat je zo graag wenst.
* Ik had dit stuk niet kunnen schrijven zonder het prachtige, even kwetsbare als krachtige boek Natriltijd van Riet Fiddelaers-Jaspers.